zaterdag 25 februari 2012

TUNNELS IN FRANKRIJK

< META NAME="keywords"tunnels, souterain,kanalen, frankrijk, varen in Frankrijk,Canal du Midi,Canal du Nivernais,Canal de Bourgogne, petit saone">
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
V A R E N   IN   FRANKRIJK 
XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
Kanaal t u n n e l s   in   F r a n k r ij k
Op de kanalen van Frankrijk komt men behalve sluizen en aquaducten nog meer kunstwerken tegen. Dat zijn de tunnels.( Souterrain)
Deze variéren van enkele tientallen meters tot wel 5000 meter lengte.! 
Zij zijn gebouwd en/of verbouwd voor schepen met de Freychinet afmetingen : 38,5 x 5.05 en een diepgang van max 1.80 m. Alle tunnels zijn gebouwd tussen ca 1750 en 1850 
Westzijde tunnel van Poilly

De hoogte bedraagt meestal 3.50 (doorvaart), maar kan in de zijden terugvallen naar 2.70 m. De meeste tunnels zijn ca 6 meter breed en hebben soms een doorgaand jaagpad. 
De tunnels welke wij zijn tegengekomen : 
Canal du Midi:  één, Canal de Bourgogne : één , Canal du Nivernais : drie ,
Canal de Vosges : twee . 

CANAL DE BOURGOGNE :  ( 1 TUNNEL ) 
Het kanaal is gegraven tussen 1775  en 1833 en verbindt de valleien van de Saône en de Seine.
De opzet was om het transport tussen de Middellandse Zee en Noord Europa te bespoedigen. 
Reeds in de periode van Louis XII en Francois I waren er al plannen om een kanaal tussen de Atlantische Oceaan naar de Middellandse Zee via Bourgondie te realiseren. 
In 1606, onder Henry IV, werden de eerste stappen ondernomen om de rivier de Ouche tussen Saint Jean de Losne en Dijon te kanaliseren. 
Het was echter veel later (1724) dat de ingenieur Abeille een plan ontwierp voor een Saône-Yonne kanaal met een waterbekken bij POUILLY en AUXOIS.
IN 1775 werd daadwerkelijk begonnen met graven en pas op 14 december 1804 voer het eerste schip van de Saône naar Dijon. 
In 1822 lag het werk een tijdje stil door geldgebrek, maar in 1832 werd het kanaal afgemaakt. In 1833 voer het eerste schip op 3 januari van LAROCHE-MIGENNES naar DIJON. 
Tunnel van Pouilly Oostzijde ingang 
                                           
Natuurlijk zijn de afmetingen van de sluizen nog hetzelfde. Tussen 1879 en 1882 werd het kanaal aangepast conform de "Freycinet normen". D.w.z.: 
Sluizen  ca 40 x 5 m. Waterdiepte van 2.15 -2.20 m en de diepgang van schepen 1.80 m. De diepte van de kanalen is echter inmiddels verminderd naar 1.40-1.60 m.
 Achter de sluizen, ca 50 M na de drempel soms nog veel minder. Het onderhoud is slecht. Gebaggerd wordt er nauwelijks.                                                     
Het kanaal heeft een lengte van ongeveer 242 km. Het hoogste punt is 376 m boven zeeniveau. Om dit te overbruggen heeft men 113 sluizen naar de Yonne gebouwd en 76 sluizen naar de Saône.
Verder vormen meerdere aquaducten en nauwe doorgangen (soms wel 1300 M lang) een leuke, maar wel inspannende , onderbreking. 
De kanalen zijn hier en daar door het slechte onderhoud gehalveerd door afkalvende wallenkanten en boombegroeiing. 
Vroeger, tot midden '50, werd men
 door de tunnel van Pouilly gesleept 


Op het hoogste punt is het kanaal door een berg gegraven bij POUILLY EN AUXOIS met een lengte van 3333 m in de berg en nog eens ruim 2000 m in nauwe toegangsgeulen aan beide zijden. 
De grootste hoogte is 3.10 M in de tunnel. In de zijden nog wat lager n.l. 2.20 m. Hoogte onder de vele bruggen is ca 3.50 m.  
Het kanaal wordt gevoed door een aantal stuwmeren in de buurt van bovengenoemde berg.
De belangrijke rivieren welke het kanaal voeden zijn de Armancon en de Ouche. 
Het kanaal doorsnijdt drie departementen: Tonnerois, Auxois en de Arriére Côte, welke behoren tot het meest attractieve deel van de Burgogne. 

De tunnel  van Pouilly is de op één na langste tunnel van Europa. De tunnel  zelf is 3333  m lang en met  aanlopen aan beide kanten van elk ca. 1 km samen 5.5 km. Men moet dus totaal zo,n 2 uren zeer inspannend sturen in een geul met ca 5,5 m vrije ruimte.  De hoogte in de tunnel is  in het midden ca 3.10  m . In de zijden 2.20. m  Er wordt gecontroleerd d.m.v. infra rode detectors , welke  op elke  300 m  zitten  met controle panelen op de sluizen voor en achter de sluis.  Goed verlicht .  Verder sleepboten voor en na de sluis voor het geval dat het mis gaat.
Sleepboot tunnel Pouilly 
                              
TUNNEL VAN POUILLY EN AUXOIS  3333 m lang .

De tunnel is voorzien van goede verlichting ,aanwezigheidsindicatie, VHF en een treklijn welke met haar bevestigingshaken veel problemen kan geven voor grote schepen met een breedte van ca 5 m.

Ook smallere schepen lopen daar de meeste schade op. De haken zitten ongeveer   10 cm boven het water. Ze steken ongeveer 20 cm uit.

Verder heeft deze tunnel aanloopstukken van ruim 1000 m. Daardoor behoort ze tot de langste tunnels van Europa Bij de laatste sluis voor de tunnel (Escommes , E1 S of Pouilly , ook 1 N ) krijgt men alle instructies voor het doorvaren van de tunnel.
Escommes  ligplaats aan de  Oostzijde tunnel Pouilly 
                       

Verder krijgt men een inventarislijst van uitrustingstukken, welke men aan boord moet hebben.De belangrijkste zijn: reddingsvesten voor elke opvarende, welke men moet dragen in de tunnel, en een extra losse reddingvest  in  de kuip, reddingboei,pikhaan, puts en een goedwerkende schijnwerper.

En , jawel, een goed werkende motor. Men controleert behoorlijk fanatiek.                                                          

Bij vertrek naar de tunnel, welke men één à twee keer per dag mag passeren, moet men een verklaring tekenen dat men voor eigen risico door de tunnel gaat.

Verder krijgt men een portofoon mee,  met een vast kanaal.

In de tunnel wordt het schip in de gaten gehouden door infrarood melders. De tunnel is goed verlicht, maar schijnt regelmatig uit te vallen. Het beruchte slechte onderhoud ?

Aan beide kanten van de tunnel ligt een sleepboot met twee buitenboord motoren welke 180 gr kunnen draaien. 


CANAL DU NIVERNAIS  ( 3 TUNNELS) 


Tunnels: la Collancelle, Mouas en Breuilles


CANAL DU NIVERNAIS 
EINDELIJK LICHT 
Het mooiste kanaal van de vier kanalen welke de Seine verbinden met de Middellandse Zee begint bij St Léger des Vins ( Decize) en eindigt in de Yonne bij Auxerre. Gegraven van 1784 t/m 1843. voor het vervoer van brandhout uit de bossen van de Morvan naar Parijs op initatief van Henry IV . Geopend in 1841. Afwisselende en snel wisselende vergezichten. Op het hoogste punt bij La Collancelle zitten een drietal tunnels, welke een lengte hebben van resp. 758 m, 268 m en 212 m met lange nauwe toegangen en verbindingen tussen de tunnels.  De bief ligt op 262 m hoogte. Lengte kanaal 174 km  met 110 sluizen , waarvan 35 aan de kant van de Loire en 75 aan de kant van de Seine . De sluizen hebben de "Frechinet " afmetingen, behalve tussen Baye en St Léger , daar hebben de sluizen een lengte van  slechts 30 meter. Diepte van het kanaal ongeveer 1,40m. Tussen Clamecy en Decize slechts 1,20 m. Het kanaal wordt gevoed uit  het reservoir van Pannesière, welke op 25 km afstand van het kanaal ligt. Het water loopt via "la rigole d'Ýonne" over een prachtige 55 mtr. hoge bogenviaduct van Montreuillon door de vallei van de Yonne. 
De H.C. nadert tunnel van Mouas.
 Er is weinig ruimte. 
 Gelukkig wordt het vaarverkeer geregeld met lichten door de sluiswachters voor- en na de tunnels. Passeerden de drie tunnels , na om 09.00 vertrokken te zijn, in  iets meer dan een uurtje. Opmerkelijk snel, want de tunnels zijn maar  maar 5,5 m breed, evenals de tussenliggende kanaalstukken en het stuk naar sluis nr 1 is ook nog steeds smal. 
Tussen stuk tussen de tunnels. Muren soms 20 m hoog. 

De H.C. in de tunnel 


De
De H.C. nadert de tunnel van Breuilles 


De H.C.vaart de tunnel in van Collancelle 

Het dak van de tunnel van Collancelle 

De H.C. nadert de tunnel van Breuilles 

De Hendrika Celina nadert einde van de
 tunnel Breuilles

Breuilles

tussenstuk tunnels bij Collancelle
tunnel van Collancelle 

Tunnel van Mouas, de middelste
 CANAL DU MIDI  :    1    TUNNEL
Tunnel van Malpas  in de Midi
Dit kanaal werd na diverse studies en opstarten uiteindelijk gegraven  van ca 1750 tot 1800 onder leiding van een zekere Pierre Paul Riquet.

Het heette oorspronkelijk "Canal Royal du Languedoc". De opzet was, evenals de ongeveer 100 jaar later  gegraven Canal lateral de Garonne , een verbinding te  maken  tussen de Middellandse Zee en de Golf van Biscaye. Het grote probleem was echter de watertoevoer.

Pierre Paul  Riquet  vond de oplossing  van de watertoevoer in de buurt van  de Col de Narouze waar hij een aantal waterbekkens creëerde. Daar vandaan liet hij een toevoerkanaal graven naar het Canal du Midi. 

Bovendien liet hij ook een groot bassin graven bij Castelnaudery. 

De opmerkelijkste bouwwerken zijn het aquaduct bij Beziers, De tunnel van Malpas, de  zeven- trappen sluis van Fonseranne bij Beziers en  de ronde sluis van Agde met drie uitgangen. 
Malpas  Midi 

Men had in die tijd nog niet de technische kennis en kunde om rechte sluiswanden te bouwen. 

Dit werd opgelost door ze ovaal te maken zodat de druk van buitenaf beter onder controle gehouden kon worden. De lengte was maximaal 30.5 m.  De breedte ongeveer 6 meter. 

Ook moest men hier en daar een groot verval van soms wel 10- 15 meter overbruggen. 

Dit deed men door "meertrappen" sluizen te bouwen. Men vindt daarom in Le Canal du Midi een aantal 4 trappen sluizen, een viertal drietrappen sluizen en zelfs een 7 trappen sluis  bij Beziers., een zeer grote bezienswaardigheid  voor de toeristen. 

Lengte van het kanaal :  240  km. 

Het aantal sluizen  bedraagt   64.   Het overgrote deel  is 30.50 x 5.40 m . Een klein deel van de sluizen is vanaf Toulouse en vanaf Agde verlengd met 10 m  stuk. met een gewone rechte muur.
Malpas
                                                                    
Aantal aquducten  :  Ca 10   Deze tunnel is volgens overlevering in één nacht gegraven omdat Riquet geen toestemming kreeg om deze te graven. Hij deed dit met zo,n 1000 man. 
Men durfde geen toestemming te geven omdat dit waagstuk nog nooit vertoond was. 
Dit was één van de allereerste scheepvaart tunnels in Europa. Het is een zeer gemakkelijke tunnel om door te varen. 
Het is slechts 161 m lang en heeft een breedte van iets meer dan 5 m. 6 M hoogte is natuurlijk helemaal geen probleem , gezien de vaste  onder de bruggen van 3.50- 3.80 m . De muren zijn betrekkelijk glad en er loopt een jaagpad onder de tunnel door.

Le petit Saone :  2 tunnels 
Tunnel de Savoyeux en tunnel Saint Albin 


Een charmante traagstromende rivier, welke bevaarbaar wordt in Corre en langzaam steeds breder wordt om bij St Symphrien over te gaan in de La SAONE en daar ruim 150 m breed is.
Deze rivier is tussen Corre en St Symphorien ca 159 km lang. Het heeft 19 sluizen met de Pechinet afmetingen en deze zijn bijna allemaal automatisch. Men moet deze bedienen met een draaistok voor de sluizen. Verder moet men  in de sluis  een blauwe stang  omhoog drukken. 
De rivier , welke hier en daar betond is, biedt een geul van ca 30 m breed en 1.80 m diep. Bij heel hoog water is varen verboden. De Viaducten/bruggen zijn tussen Gray en St Symphorien ca 5,00 hoog , verderop 3.50 m. Men vindt er betrekkelijk veel huurboten ( ca 7 bootmy) en pleziervaart uit NW Europa in de zomer.
Het aantal “Luxe motors” is opmerkelijk. Dit vanwege de betrekkelijk weinig sluizen denken we
De omgeving is matig glooiend met veel akkers en weilanden. Hier en daar flinke bossen. Scheepvaart is er nauwelijks. Vijf peniches per week is al heel wat. Een twintigtal huurboten per week is wel het maximum.
SAVOYEUX
Tunnel de Savoyeux. Men moet aan beide kanten  een nauwe toegang van ca 800 m naar de tunnel  door varen. De tunnel zelf, meet 643 m lang en wordt de “Souterain de Savoyeux” genoemd. Men heeft een klein kwartiertje nodig om er door te varen.
Voor ons, met een tjalk van 20 m., is  het een betrekkelijk makkelijke tunnel. We hebben er wel meer en moeilijker  gehad. 
                                                    tunnel van savoyeux 
Souterrain de Rove  bij Marseille 
Tunnel van St Albin 
Tunnel van Albin
Deze is 681 m lang. De aanloop  aan de zuidkant van ca 500 meter heeft een verradelijk scherpe bocht. Om 10.05 voeren we er weer uit. Vlot gedaan en zonder de muren te raken. De tunnel is ca 6 m breed , ca 4 m hoog en is goed verlicht. Doordat de tunnel recht is gebouwd ziet men bij het invaren direct de uitgang. Wel zo gemakkelijk.
.
Tunnel    van     ALBIN


Er zijn natuurlijk nog meer tunnels in Frankrijk op de kanalen : 
  • Canal entre Champagne et Bourgogne : Tunnel de "Balesmes" bij Langres.
  • Canal de l'Oise à l'Aisne : tunnel Braye-en-Lannois.
  • Marne : tunnel de Joinville 
  • Canal de Marne au Rhin ( Quest): tunnel de Mauvages = 4800 meter lang  met  een sleepboot  ( zie onder )       
  • Canal Rhone à Rhin  Sud: In  Besancon  en nog een tweede  bij Thoraise ca 10 km ervoor. 
  • Ëtang de Berre : Tunnel du Rove  bij Marseille ( gesloten , ingestort) 
  • Canal de St Quentin : tunnel Riqueval.   
  • P.S. Tunnels korter dan  ca 100 meter   zijn er natuurlijk ook nog.                                                                   


Tunnel de Mauvages met sleepboot
Liverdun 


                                             naar:  STARTPAGINA varen in Frankrijk





















Geen opmerkingen:

Een reactie posten